De executiewaarde van een woning is de geschatte waarde van de woning wanneer deze gedwongen verkocht moet worden. De executiewaarde ligt meestal tussen de 70 en 90 procent van de marktwaarde van de woning. De marktwaarde staat vaak niet vast en is niet constant, omdat de waarde van onroerend goed voortdurend kan variëren vanwege de schommeling in deze huizenmarkt. De executiewaarde is het minimale bedrag wat de bank wil ontvangen voor het onroerend goed om de schulden af te lossen, wanneer er meer geboden wordt op de veiling kan het onroerend goed ook boven de executiewaarde verkocht worden.
Het gebruik van de executiewaarde is voordelig voor de koper, omdat de executiewaarde vaak minder is dan de marktwaarde. Dit zorgt voor meer transparantie op de markt, zowel voor kopers als geldverstrekkers, omdat het een duidelijk beeld geeft van de werkelijke waarde van een woning in een gedwongen verkoopsituatie.
De vrije verkoopwaarde is de geschatte waarde van het huis onder normale verkoop omstandigheden. De vrije verkoopwaarde is het maximale bedrag wat je mag lenen bij het afsluiten van een hypotheek. Er is een uitzondering waarbij je 6 procent op de vrije verkoopwaarde mag lenen, dit is voor wanneer je in energiebesparende voorzieningen voor je woning gaat investeren.
De vrije verkoopwaarde wordt ook wel de marktwaarde genoemd en staat vermeld in het taxatierapport die door een erkend taxateur/ makelaar wordt opgesteld. Ook accepteren steeds meer hypotheekverstrekkers een desktop taxatie, waarbij de taxatie geautomatiseerd wordt uitgevoerd zonder dat er een fysieke inspectie ter plaatse nodig is.
Sinds 1 januari 2013 is de executiewaarde niet langer relevant bij het aanvragen van hypotheken en wordt deze alleen gebruikt in een geval van executieverkoop. De oude executiewaarde werkte als volgt:
De executiewaarde stond voor 1 januari 2013 in het taxatierapport vast, nu wordt alleen de marktwaarde in het taxatierapport vermeld.
Bij het aanvragen van een hypotheek werd altijd uitgegaan van de executiewaarde van een huis. In de meeste gevallen kon je geen hypotheek krijgen hoger dan 125% van de executiewaarde. Nu wordt de hoogte van een hypotheek gebaseerd op de marktwaarde van een woning.
De executiewaarde is een geschatte waarde die niet wordt vastgesteld tot het moment van executieverkoop. De executiewaarde wordt vastgesteld door een taxateur of een expert en is het minimale bedrag waarvoor het onroerend goed wordt geveild. Er zijn een paar factoren waar rekening mee gehouden wordt als de executiewaarde wordt vastgesteld, een van de meest voor de hand liggende factor is de huidige marktomstandigheden. Maar ook factoren zoals de omgeving, lokale regelgeving en de staat van het onroerend goed hebben invloed op de executiewaarde.
Executieverkoop is de laatste stap die de geldverstrekker maakt, dit gebeurt echt alleen als de eigenaar niet wil of kan meewerken aan een andere oplossing. Voor deze stap krijgt de consument waarvan de achterstallige betaling is een brief met de noodzaak van de betaling beschreven. De geldverstrekker zal in eerste instantie proberen om maatwerk oplossingen te vinden, maar wanneer de achterstandsbetaling niet binnen de termijn wordt gecorrigeerd kan de geldvertrekker verdere stappen zetten om de executieverkoop op gang te brengen. Hierna gaan zij over tot deze uiterste maatregel.
De executieverkoop wordt gedaan op een veiling, waar het huis wordt verkocht aan de hoogste bieder. Dit bedrag zal meestal tussen 70 en 90 procent van de marktwaarde zijn.